Politiek historici hebben de wereld van nu iets te melden: Margit van der Steen in gesprek met Jacco Pekelder

Een bruggenbouwer pur sang, dat is het beeld dat beklijft na een gesprek met Jacco Pekelder. In 2021 volgde hij Friso Wielenga op als hoogleraar en directeur van het Zentrum für Niederlande-Studien van de Universität Münster. Tevens is hij de wetenschappelijk directeur van de landelijke Onderzoekschool Politieke Geschiedenis. In Münster wil Jacco Pekelder niet alleen Nederland in Duitsland uitleggen, maar ook de wetenschap meer verbinden met de rest van de samenleving. In zijn OPG-rol beoogt hij de samenwerking binnen de politiek-historische werkgemeenschap te versterken. Tijd voor een nadere kennismaking.

Duitsland in Nederland uitleggen
Jacco Pekelder houdt kantoor in het prachtige Haus der Niederlande in Münster, een plek met geschiedenis. Hier verbleven namelijk de Nederlandse gezanten tijdens de onderhandelingen voor de Vrede van Münster. Hij is in Münster terecht gekomen na een afwisselende loopbaan in Nederland, waar hij onder meer bij het Duitsland Instituut van de Universiteit van Amsterdam en aan de Universiteit Utrecht werkte. Hij deed onderzoek naar radicale politieke bewegingen waaronder de RAF en gold hij als een van de Nederlandse specialisten in de Duitse politieke geschiedenis. Jacco Pekelder: ‘Eerst kon ik in Nederland Duitsland uitleggen, maar nu verklaar ik Nederland in Duitsland, zo kun je mijn loopbaan heel kort samenvatten.’ De positie in Münster is dan ook een logische stap in zijn carrière. Het Zentrum biedt volop mogelijkheden om hier aan zijn missie te werken.

De hoogleraar licht toe waar het in 1989 opgerichte Zentrum zich mee bezig houdt. ‘Het Zentrum verzorgt onderwijs en onderzoek naar en over Nederland en de Nederlands-Duitse betrekkingen op het terrein van geschiedenis, politiek, economie, cultuur, taal en communicatie. Daarbij ligt mijn zwaartepunt bij geschiedenis. We verzorgen een bachelor van drie jaar en bieden samen met de Radboud Universiteit Nijmegen een master aan. Maar we hebben ook nadrukkelijk een publieksfunctie. Dat is vrij bijzonder. Wij organiseren evenementen voor een breder publiek.’ Zo vond naar aanleiding van de Russische aanval op Oekraïne een discussie plaats over mogelijke Europese strategische reacties hierop.

Met trots spreekt hij over zijn promovendi. ‘Het ontwikkelen van promovendibeleid is echt mijn aandachtspunt geweest. Vier van deze promovendi, Stefano Lissi, Eveliene Veen, Adam Dargiewicz en Ivo van Donselaar zijn inmiddels bijna allen full time bezig met hun onderzoek. Zij volgen ook hun opleiding bij de OPG. Daarnaast zijn enkele collega’s in Münster grotendeels in eigen tijd bezig zijn met een promotietraject. Ik heb in Münster ook een intellectueel atelier opgezet waar promovendi geregeld bij elkaar komen om de gedachtewisseling en het wetenschappelijke debat te stimuleren.’

De OPG verbreden
Via het onderwijs en de promovendi komen we te spreken over de OPG. Wat bewoog Jacco Pekelder om te solliciteren als wetenschappelijk directeur? En wat beoogt hij te bereiken in die positie? ‘Toen de OPG van de grond kwam, begin jaren tien, was de onderzoekschool er vooral voor de promovendi en hun promotoren, de hoogleraren. Voor het zogenoemde middenkader, zoals postdocs, UD’s en UHD’s, was minder ruimte. Ik vond en vind het belangrijk dat de OPG zich verbreedt en ook deze groep samenbrengt. Gelukkig wordt die platformfunctie nu iets meer uitgebouwd. Dit gebeurt door de ondersteuning van wetenschappelijke bijeenkomsten, de terugkerende succesvolle OPG-openingen van het academische jaar en de goed bezochte internationale state of the art conferenties die de OPG samen met de Association for Political History organiseert. Maar het kan natuurlijk nog beter.’ Een oproep om het middenkader een grotere rol te geven, werd al eerder door een groep collega’s gezamenlijk afgegeven. Ambitieuze historici met goede ideeën, waren dat die, opvallend genoeg, inmiddels allemaal hoogleraar zijn geworden.

Maar het gaat Jacco Pekelder niet alleen om inclusie van historici op diverse posities in de academische wereld, hij wil binnen de OPG eveneens ruimte scheppen voor historici van de internationale betrekkingen en andere specialisaties. Jacco Pekelder: ‘Je ziet in onderwijs en onderzoek dat subdisciplines zoals de internationale betrekkingen, conflictstudies, veiligheidsstudies en militaire geschiedenis zich de laatste jaren sterker aan het ontwikkelen zijn. Die trend van enerzijds specialisering binnen en anderzijds verbreding van de politieke geschiedenis was bijvoorbeeld goed te merken tijdens onze internationale state of the art conferentie ‘Political history today: exploring new themes’ in 2022. Op dit moment is het vooral voor RMA-studenten al het belangrijk dat de OPG onderwijs aanbiedt op terreinen zoals de internationale betrekkingen. Ook zien we nu al meer promovendi op zulke gebieden die de OPG moet kunnen aanspreken.’

Toegevoegde waarde politiek historici
De combinatie van het wetenschappelijk directeurschap van de OPG en het hoogleraarschap in Münster kan zonder overdrijving uitdagend worden genoemd. Het vergt veel, maar heeft ook meerwaarde. Jacco Pekelder: ‘Het is een tijdrovende combinatie, ook omdat een landelijke onderzoekschool als de OPG een tussenpositie inneemt tussen grotere facultaire samenwerkingsverbanden. Waar de waarde van landelijke onderzoekscholen buiten kijf staat, zijn de randvoorwaarden waaronder gewerkt moet worden, op sommige punten voor verbetering vatbaar. Bij het inroosteren van het onderwijs bijvoorbeeld heeft lokaal aanbod vaak prioriteit boven landelijke cursussen. Maar daar staat tegenover dat het werk van de OPG mij in staat stelt ingeplugd te blijven bij de ontwikkelingen in Nederland en daar een bijdrage aan te leveren.’

Zo hoopt hij via de OPG te werken aan het vergroten van het zelfbewustzijn van politiek historici: ‘Politiek historici hebben iets wezenlijks te melden over de grote wereldproblemen van vandaag. Denk maar aan de oorlogen in Gaza en de Oekraïne. Je begrijpt deze grote crises beter als je echts iets van het lange verleden weet en hoe geschiedbeelden politiek werkzaam worden. Ik zou graag willen dat politiek historici een groter zelfbewustzijn ontwikkelen over hun toegevoegde waarde aan het maatschappelijk debat. Via de OPG hoop ik daar een bijdrage aan te kunnen leveren. Niet voor niets gaan we binnenkort verder nadenken over ons mission statement om deze ambitie duidelijker te verwoorden. Wij hebben de wereld van nu iets te vertellen en met die pretentie mogen politiek historici de samenleving tegemoet treden. Dat wil ik graag aanmoedigen!’